We zijn weer onderweg! Na een korte vakantie kregen we maandag een project voorgelegd dat we individueel gedurende drie weken gaan aanpakken. Ik praat je even bij over dit eerste project en over in het diepe worden gegooid (binnen een veilige omgeving). En hoe leuk ik het nog steeds vind!
Het lot? Een digitale toetsomgeving in elkaar zetten
Maandag lag er een project voor ons klaar. Het had een inleiding met – het is echt waar! – een uitleg over het verschil tussen summatief en formatief toetsen; hoe formatief toetsen bedoeld is om het leerproces te verbeteren. Ik kreunde even, hoewel ik er jarenlang allesbehalve een geheim van heb gemaakt dat ik een groot voorstander ben van veel minder summatief toetsen (ik dacht vooral aan alle frustratie die botsende visies tussen collega’s kunnen geven). De toetsdruk in het onderwijs loopt namelijk de spuigaten uit, maar sommigen laten zich daardoor niet tegenhouden. Sterker nog, toen ik minder ging toetsen, pakten anderen de ‘ruimte’ om nog meer te gaan toetsen (dat zeiden ze zelfs tegen leerlingen!). Waarom zou je je iets aantrekken van alle wetenschappelijke inzichten of zelfs maar het dringende advies van je leidinggevende (dat werkt toch sowieso nooit bij leraren?). En bovendien word je toch alleen maar afgerekend op examenresultaten! Maar… woosah! Ik moet niet gaan zitten zeuren nu. Voltooid verleden tijd, voor mij. (En respect voor degenen die nog steeds op de barricades staan.) Let it gooooo.

Ik zou het wel fijn vinden, vrouwe Fortuna, als het in mijn ‘wereld’ ietsje minder over onderwijs mag gaan.
Die vrees blijkt uiteindelijk toch onterecht: ik ben vooral bezig met de code en ergens helpt het me wel dat ik behoorlijk wat met een digitale leeromgeving heb gewerkt. Scheelt weer denktijd. Toen een van mijn ‘klasgenoten’ met een licht anarchistische twinkeling in zijn ogen besloot om alle leerlingen de kans te geven zelf hun inlognaam en wachtwoord te veranderen, zag ik al totale chaos in de virtuele toekomst opdoemen. Misschien neemt hij zo een beetje wraak op het onderwijssysteem. Als ik hem bezig zie, helpt het mij om buiten mijn bekende kadertjes te denken. Een beetje rebel mag soms wel ;).
Waar is het bos?
We kregen een heel pakket aan code, waarvan een groot deel voor ons nog onbekend was (een hoop javafx voor de kenners, front-end spul). Dat mogen we dan zelf aan elkaar gaan knopen tot een werkend geheel. Een database bouwen en koppelen aan het programma.
Het voelde weer een beetje als de eerste week, zei iemand vandaag. Alsof je een eind van de kust van een boot wordt gegooid en zelf weer terug mag zwemmen. Een heel pakket bomen… maar hoe ga je het bos zien?

Iedereen heeft daarvoor zo zijn of haar eigen werkwijze. De een springt er gewoon in, begint meteen wat met programmeren. Een ander gaat lezen en kijken en lezen en kijken en begint dan met het construeren van een overzicht als basis (ook ondergetekende). Niemand gaf echter op, ook al zaten sommigen van ons wel echt even in een stressvolle zone, denk ik. Maar even moet kunnen.
De docent gooide zijn coachingvaardigheden in de strijd en hij gaf niet te veel weg (en als oud-docent bewonderde ik deze week hoe goed hij dat deed). Uiteindelijk lijken we wel allemaal aan het zwemmen te zijn geslagen en iedereen is bereid om elkaar te helpen. Dus dat we straks individuele producten inleveren betekent niet dat het per se een individuele opdracht is. Ik leer steeds beter om hulp te vragen. Hopelijk kan ik alle hulp die ik krijg, ooit terugbetalen. Of moet ik niet zo denken?
Flow
Vanaf gisteren zat ik weer echt in de ‘stretch zone’, de zone waarin je je het beste kunt ontwikkelen. Je wordt uitgedaagd, maar je wordt niet belemmerd door allerlei negatieve emoties.

Ook voelde ik weer iets van een ‘flow’, zoals ik ook weleens tijdens mijn PhD had. Heerlijk vind ik dat. De uitdaging, wat adrenaline om scherp te blijven, het puzzelen, vastlopen, succes-ervaring (een pomp juichhormoon!) en doorgaan. Een beetje verslavend ook. Als ik alleen thuis was, zou ik een deel van het weekend waarschijnlijk doorgaan. Mijn loopbaanadviseur zei al dat er wel weer een moment kon komen dat ik het juist niet erg zou vinden om in de vrije tijd wat door te werken, of zelfs volledig vrijwillig. Nu kan ik me dat voorstellen. Maar ik zal me beheersen: het is weekend en dan is mijn tijd voor het gezin.
Speeltuin
Het studeren gebeurt nu ook meer in een soort kantoorsetting. Ik ben met zes anderen naar het aangrenzende lokaal verhuisd, wat veel rust en ruimte heeft gegeven. Aan het eind van de dag heb ik een voldaan gevoel, wat vermoeid maar niet gesloopt. Wel zo gezond.

Bovendien is het nu nog veilig: wat we nu maken is nog niet echt, gelukkig. Het is toch nog een beetje een speeltuin. Waarin alle leerlingen bij onze rebel steeds van identiteit mogen veranderen. Waarbij mijn gebruikers (en dit doe ik dus zelf! Guilty as charged!) godennamen krijgen, de vakken onderdelen zijn van de oudheidkunde en ik zonder veel na te denken quizzes en vragen kan maken. En ja, ik weet dat ik kant-en-klare datasets kan importeren. Maar ik vind het wel grappig. Af en toe ter ontspanning. Toch nog een beetje, die Oudheid. Ingesleten in de datastromen in mijn hoofd. Mijn comfortzone.
Oh ja, en mocht ik aan het eind nog wat tijd over hebben, dan heb ik me voorgenomen om de student gerichte feedback te geven. Uit principe. Dan is het namelijk goed formatief toetsen. Maar hoe ga ik dat nou mooi programmeren? Ik heb nog twee weken om goed genoeg te leren zwemmen.

Plaats een reactie